De joodse familie Leman uit Balkbrug – weggevoerd om nooit meer terug te komen

In Balkbrug wordt de dodenherdenking op 4 mei altijd bij het monument gehouden waar de namen op staan van de negen mannen die op 6 april 1945, op de dag dat de eerste Canadezen arriveerden, nog door de Duitsers zijn geëxecuteerd (lees hier). Elk jaar er in van te voren ook een herdenkingsdienst gehouden met een korte toespraak van de burgemeester of een wethouder van Hardenberg, een even korte overdenking van één van de predikant en een verhaal uit de oorlog – opdat wij niet vergeten.

Dit jaar werd het ooggetuige-verslag van de joodse familie Leman voorgelezen door Linda Assink en Susan Zeeman. Er woonden drie families Leman in Balkbrug, aan de Meppelerweg 11, 44 en 46. Hier volgt het verhaal van één van hen:

Enkele jaren geleden zijn een aantal struikelstenen gelegd op het trottoir aan de Meppelerweg. Ze geven aan dat daar vóór de Tweede wereldoorlog joden hebben gewoond. Zo woonde en werkte Isaac Leman aan de Meppelerweg 9. Het joodse gezin bestond uit Isaac Leman, zijn vrouw Telka en kinderen.

Isaac Leman was in de zomer van 1931 verloofd met de in Winschoten geboren en woonachtige Telka de Jonge. Het huwelijk werd gesloten op 11 februari 1932 in Winschoten. Volgens de huwelijksakte was Telka naaister van beroep en Isaac manufacturier. Ze runden een manufacturenwinkel. De namen en jaartallen van het joodse gezin staan op de struikelstenen te lezen.

Isaac Leman vertelde over die tijd: ‘Net als alle andere Avereester Joden hebben wij in Balkbrug steeds meer last gekregen van de inperkende maatregelen die na de Duitse inval en machtsovername meer en meer werden ingevoerd. In de zomer van 1941 waren onze kinderen Betje en Leo 8 en 6 jaar oud. Na de zomervakantie werden zij uitgesloten van het reguliere onderwijs. Voor Joodse kinderen verboden, heet dat. Er was nog een Joodse school in Zwolle. Maar dat was wel ver weg. Vanaf 3 mei 1942 moesten wij een Jodenster dragen. Net als alle Joden van 6 jaar en ouder. In datzelfde jaar werd ik met alle Joodse mannen in de regio opgeroepen om ons te melden voor tewerkstelling in de Joodse werkkampen. Zo kwam ik in juli 1942, in het werkkamp Conrad bij Rouveen om te gaan werken aan de aanleg van de Afschuttingsweg en de naastgelegen sloot. Zaterdagmorgen 3 oktober werd het werkkamp alweer ontruimd en de mannen, waaronder ikzelf, werden via het station Meppel naar station Hooghalen gebracht om van daar de laatste kilometers naar kamp Westerbork te voet af te leggen. In het kader van de gezinshereniging werden mijn vrouw en kinderen ook opgehaald uit Balkbrug en overgebracht naar kamp Westerbork. Zo kwamen Telka en onze kinderen Betje en Leo ook in het kamp. In kamp Westerbork kwamen we in een chaotische toestand terecht. In een weekend groeide de kamppopulatie van 2.000 naar ruim 15.000 mensen tegelijkertijd. We moesten in ellenlange rijen staan voor de registratie. Het ging dag en nacht door. De barakken waren overvol. Er waren veel te weinig bedden. Er was te weinig voedsel en mensen moesten die nacht doorbrengen onder de blote hemel. Op de eerste maandag, 5 oktober 1942, vertrok een groot transport en in de weken daarna was er een wekelijks ritme van transporten op maandag en vrijdag.”

Isaac Leman schreef een brief: Waarde Vrienden, nog zitten we in Westerbork en wil ik jullie toch nog een brief schrijven daar ik het nu nog doen kan. We zijn allen goed gezond hopende dat bij u alle hetzelfde is. Ik ben werkzaam gekomen in de keuken waar G. Massier zijn zoon chefkok is en daar ik in de keuken ben kan ik hier hoogst waarschijnlijk blijven. Mijn vrouw en kinderen zitten niet zo vast en als die weggaan, ga ik natuurlijk mee. Maar als het enigszins kan willen we hier natuurlijk graag blijven. Mijn vrouw is hier werkzaam als huishoudster en vliegen de dagen ons voorbij. Zie je nog kans om een klein pakje te stuuren met wat boter, een beetje tabak, een pakje waschpoeder, klein stukje vet en een worst. Als het niet gaat moeten jullie het niet doen. Als je dan hebt en je kunt het wel missen, mag je ook wel een paar boterbonnen zenden. Je moet er jezelf niet in bekorten. Hoe gaat het anders op Nw Leusen. Alles nog bij het oude. Nu echte waarde vrienden de beste wenschen en hartelijke groeten en Gods zegen op al uw wegen. Hoe is het met je waarde moeder? Doe de groeten aan alle bekenden, speciaal aan jullie van Isaac Leman, vrouw en kinder. Het adres is T. Leman, barak 48f, Westerbork, Hooghalen.

Isaac Leman hoopte langer te kunnen blijven in Kamp Westerbork, in ieder geval totdat zijn vrouw en kinderen moesten vertrekken. Dat lukte niet. Vier weken na aankomst moest hij op vrijdag 30 oktober 1942 zonder zijn lieve Telka, Betje en Leo op transport richting Auschwitz. Daar moest hij onder dwang werken. Dit is het laatste wat over Isaac Leman bekend is. Hij is nooit meer terug gekomen.