Strategisch stemmen, je krijgt er geheid spijt van – kies met je hart, niet met je rekenmachine –

Een strategische stem is een verloren stem. Dat vindt Ad de Boer, Nederlands journalist, politicus en 13 jaar lang directeur van de Evangelische Omroep. Hij schreef een opinie-artikel dat ik met zijn toestemming hier mag plaatsen. Het verscheen ook op 24 oktober in het Nederlands Dagblad. Hier volgt het artikel.

Kies met je hart, niet met je rekenmachine

Het lijkt bij elke verkiezing sterker te worden: de drang om strategisch te stemmen. Politieke voorkeur wordt ingeruild voor kansberekening, de eigen overtuiging wordt achtergesteld bij de optelsom. In talkshows, kranten en peilingen draait het wekenlang om één vraag: wie wordt de grootste? Alsof politiek een wedstrijd is met maar één winnaar. En ondertussen schuiven kiezers heen en weer van het CDA naar de ChristenUnie of juist omgekeerd, van de SP naar PvdA/GL, van de VVD naar de PVV, allemaal in de hoop dat hun stem daar net wat zwaarder telt.  

Strategisch stemmen: niet stemmen op de partij waar je het meeste mee eens bent, maar op je tweede keus: de partij die je groter dan een ander wilt maken. Daarin spelen de peilingen en de rekenarij op grond daarvan een grote rol. Strategisch stemmen is een betrekkelijk nieuw fenomeen. Voor pakweg 2000 stemden kiezers gewoon op de partij die hun hart had, op hun eerste en vaak enige keus op grond van het verkiezingsprogramma en de politieke praktijk. Door dik en dun, in goede en kwade tijden. Het zijn de media die daarin verandering hebben gebracht. Die creëerden steeds vaker een tweestrijd tussen twee partijen – wie wordt de grootste? – of twee lijsttrekkers – wie wordt de premier? Zo’n tweestrijd met de peilingen als brandstof maakt het spannend, is goed voor de kijk- en oplagecijfers en je kunt het er tot de laatste dag mee volhouden.

Ik heb de afgelopen 25 jaar veel mensen gesproken die via zo’n strategische stem een keer een uitstapje naar een andere partij hadden gemaakt. Zelden was er iemand bij die achteraf blij was met zijn of haar keus. Ze waren vooral teleurgesteld over hoe het had uitgepakt. En dat is niet zo vreemd.

Mijn bijdrage is een soort preek met als thema: Strategisch stemmen, je krijgt er geheid spijt van. Want 1. Het is zinloos. 2. Het is nodeloos. 3. Het is niet kosteloos.

STRATEGISCH STEMMEN IS ZINLOOS

Nederland is Amerika niet. Daar wint altijd één van de twee partijen of kandidaten. Er is een echte tweestrijd met altijd een winnaar en een verliezer. Maar in ons ingewikkelde veelpartijenstelsel werkt het heel anders. De grootste partij heeft niet altijd het voortouw bij de kabinetsformatie en komt ook lang niet altijd in een nieuw kabinet terecht, zoals de PvdA in 1977 ervoer en zoals nu de PVV vanwege alle uitsluitingen door andere partijen te wachten staat. En de lijsttrekker van de grootste partij wordt lang niet altijd de minister president. Politici als Willem Drees, Barend Biesheuvel en Ruud Lubbers werden premier, zonder dat hun partij de grootste was. Nederland is een coalitieland en hoe zo’n coalitie er uit komt te zien, is afhankelijk van veel meer factoren dan wie de grootste wordt. Strategisch stemmen is dus in ons systeem zinloos.

STRATEGISCH STEMMEN IS NODELOOS

In de tweede plaats is strategisch stemmen ook nodeloos, onnodig. Het is in ons politieke bestel evenmin zo dat de grootste partij in een kabinet het meeste te zeggen heeft. Alle partijen, ook de kleinere, moeten instemmen met het regeerakkoord en hebben daar dus een beslissende invloed op. Het ‘nee’ van een kleine partij is net zozeer een veto als het ‘nee’ van een grote partij. Toen de ChristenUnie in 2022 nee zei tegen de VVD-eis dat bij asielmigratie de gezinshereniging geschrapt moest worden, viel het kabinet, ook al was de ChristenUnie klein en de VVD groot. Je kunt zelfs zeggen dat de grootste partij relatief minder invloed heeft in een kabinet dan de kleinere partijen. Zeker de premier, niet zelden de leider van de grootste partij, voelt zich verantwoordelijk voor het bij elkaar houden van de boel en zeilt daarom met zijn partij minder scherp aan de wind dan de kleinere partijen op de flanken. Die drukken vaak een groter stempel op het kabinetsbeleid dan de grote.

Wat bij kabinetsdeelname geldt, geldt ook als een partij buiten het kabinet blijft, zeker in de huidige politieke verhoudingen. Daarin is een kabinet dat gebaseerd is op een grote Kamermeerderheid uitgesloten. Een kleine Kamerfractie met drie of vier zetels kan ook buiten het kabinet een doorslaggevende invloed hebben op het beleid via coalities met andere Kamerfracties. De afgelopen jaren is dat op tal van momenten zichtbaar geworden. Ook in kwaliteit verslaan kleine fracties grote fracties soms met lichtjaren, blijkt uit onafhankelijk onderzoek. De ChristenUnie-fractie kreeg in de afgelopen jaren met drie zetels veel meer voor elkaar dan de PVV-fractie met 37 zetels. Juist kleine fracties maken vaak het verschil.

STRATEGISCH STEMMEN IS NIET KOSTELOOS

En dan het derde punt. Strategisch stemmen is niet kosteloos. Een strategische stem op het CDA (‘alleen voor deze ene keer maar’ …) ten koste van de ChristenUnie garandeert dus niets, maar levert wel grote risico’s op. Het zou zomaar kunnen dat daardoor de onbekende en onervaren nummer 24 of 25 van het CDA wordt gekozen ten koste van Don Ceder, de nummer drie van de ChristenUnie. Dat zou deze ervaren parlementariër (volgens de Nationale Politieke Index het beste en meest effectieve Kamerlid van het afgelopen jaar) met grote inzet voor daklozen, mensen met schulden, jongeren in de jeugdzorg en vervolgden wereldwijd, de politieke kop kosten. Maar het zou ook de omvang van de fractie en van het ondersteunende team en daarmee hun slagkracht en invloed met maar liefst een derde reduceren. Die amputatie kan de dure prijs zijn van een strategische stem.

Veel kiezers die overwegen strategisch te stemmen, beseffen niet dat wat zij ermee denken te winnen elders tot pijnlijk verlies lijdt. Ontrouw worden aan de liefde van je hart, misschien zelfs je eerste liefde, kost wat. Niet doen, is mijn advies. Je krijgt er spijt van. Kies met je hart, niet met de rekenmachine. Laat je hoofd niet op hol brengen door de wedstrijd die de media ervan maken. Ga voor je eerste, niet voor je tweede keus. Een partij die past bij jouw diepste overtuiging, bij jouw hart. Die opstaat voor gerechtigheid én barmhartigheid, voor de vrijheid om te geloven en je geloof te beleven – thuis, op straat en op school, voor de zwaksten onder Gods schepselen in en buiten Nederland, voor de o zo kwetsbare schepping van God.

Ga op 29 oktober niet voor de grootste, maar voor de beste. Nergens in mijn Bijbel vind ik een voorkeur van God voor groot, groter, grootst, maar juist voor het kleine of de kleine: een kind in een kribbe, een mosterdzaadje, een stukje zuurdeeg, een Gideonsbende. Die strategie van Gods Koninkrijk in het stemhokje toepassen leidt pas echt tot een strategische stem.

Geef als christen stem aan je geloof – ook op 29 oktober

Je hebt van die programma’s, daar kijkt heel Nederland naar. ‘Wie is de mol?’ is daar één van. Het leuke aan dat programma vind ik, dat alle deelnemers bondjes sluiten met elkaar, maar die ook weer even snel verbreken als het hun uitkomt. Want uiteindelijk gaat iedereen voor zichzelf.

In de tijd van Jezus sluiten de Farizeeërs en de Herodianen een monsterverbond. Ze willen, vanuit volstrekt tegengestelde belangen, Jezus mollen (meer uitleg in de preek over Markus 12:13-17). Dus stellen ze Hem deze vraag: ‘Moeten we als gelovige Joden belasting aan de keizer betalen of niet?’ En Jezus geeft als antwoord: ‘Geef aan de keizer wat van de keizer is. En geef aan God wat God toebehoort.’

Als je als christen niet op een christelijke partij stemt, moet je ook niet klagen dat Nederland zo onchristelijk wordt.

Dat van de keizer, dat snapten ze wel. Betaal die belasting nou maar gewoon. Want de manier waarop God voor je zorgen wil, dat doet Hij ook door jou en mij een plek te geven in de samenleving, in de maatschappij, door middel van onze regering (Prediker 8:2, Romeinen 13:1-7, 1 Petrus 2:13-17). Dus als je zegt dat je in God gelooft, geef daar dan ook vorm aan in het gewone leven. Ook door te doen wat de overheid van je vraagt. Behalve als dat echt tegen Gods geboden ingaat.

Voor ons gevoel een antwoord waarmee Jezus de kool en de geit spaart. linksom of rechtsom. Geef ze allebei een beetje – de overheid en God. Maar zo hebben de eerste hoorders het niet opgevat. Ze voelen zich schaakmat gezet. Waarom? Omdat ze heel goed begrijpen dat Jezus hiermee niet alleen iets over de keizer en over God zegt, maar ook iets over Zichzelf.

‘Deelnemen aan de samenleving met een open oog voor het publieke belang behoort voor een christen heel gewoon te zijn.’

Het lijkt alsof Jezus het vooral heeft over belasting betalen. Maar de toepassing is breder. Op woensdag 29 oktober zijn er weer verkiezingen voor de Tweede Kamer. We leven in een vrij land. Die vrijheid betekent voor christenen ook een grote verantwoordelijkheid. Kars Veling, samen met Tim Keller één van de meest wijze en zachtmoedige christenen die ik ooit gekend heb, zei eens: ‘Deelnemen aan de samenleving met een open oog voor het publieke belang behoort voor een christen heel gewoon te zijn.’

Dat deelnemen aan de samenleving begint met de oproep van de overheid om je stem te laten horen als het gaat om de vraag: hoe wil jij dat Nederland bestuurd wordt? Als Jezus jouw Heer is en Hij zegt tegen jou: ‘Geef aan de keizer wat van de keizer is’, betekent dat volgens mij vandaag dat Hij van jou vraagt om die stem ook echt uit te brengen. Wie niet naar de stembus gaat maar thuis blijft, wordt niet alleen een roeptoeter aan de zijlijn, maar is ook ongehoorzaam aan God.

Maar Jezus zegt er nog iets bij: ‘En geef aan God wat God toekomt.’ Oftewel: stem niet alleen als burger, maar geef ook je geloof een stem. Breng ook als christen je stem uit. Laat zien dat onze God het goede zoekt voor ons land en voor heel de samenleving. Dat doe je volgens mij het best door als christenen op een medechristen te stemmen. Want dan weet je zeker dat ook in de Tweede Kamer de Naam van de HERE genoemd wordt. Natuurlijk kun je ook op een niet-christelijke partij stemmen die zegt jouw persoonlijke belangen of het belang van onze kultuur of van onze welvaart of van onze samenleving of van het klimaat te behartigen. Maar heeft zo’n partij ook de eer van God op het oog? Laten die zich samen motiveren door de Bijbel? Bidden zij om de wijsheid van de Heilige Geest om het goede voor stad en land te zoeken, zoals de HERE in Jeremia 29 vers 7 alle gelovigen opdraagt?

Als ik als christen mijn geloof geen stem meer geef, moet ik als christen ook niet klagen dat Nederland steeds onchristelijker wordt. Dus geef stem aan je geloof op woensdag 29 oktober! Stem op een medechristen in wie jij vertrouwen hebt. Een Daniël of Daniëlla die in de politiek opkomt voor het belang van alle burgers én voor de eer van God!

Met gezond christelijk (boeren)verstand bestuur je stabiel de provincies in het land

Als je als christen je geloof geen stem geeft, moet je ook niet klagen dat Nederland steeds onchristelijker wordt.

De verkiezingen voor de provincie deze week zijn tegelijk verkiezingen voor de Eerste Kamer. Wat voor stemadvies geeft Jezus aan zijn volgelingen? Nou, daar is Hij vrij duidelijk over: ‘Geef wat van de keizer is aan de keizer, en geef aan God wat God toebehoort.’  Die uitspraak van Jezus was in zijn tijd erg controversieel, omdat het Romeinse Rijk al meer dan 90 jaar Gods beloofde land bezet hield.

Wij leven in vrij land. Als christenen hebben we nog steeds alle gelegenheid om ons geloof te belijden. Niet alleen op zondag, maar ook door de week. Net als alle andere Nederlanders binnen de kaders die we samen hebben afgesproken. Wij leven in een democratisch land. De overheid geeft ons regelmatig de gelegenheid om onze stem te laten horen als het om het bestuur van onze gemeente, onze provincie en ons land gaat. 

Christenen mogen in Nederland hun stem laten horen. Ook bij de verkiezingen. Het is zelfs een opdracht die Jezus in 2023 aan zijn volgelingen in Nederland meegeeft. Maar liefst drie keer is het opgeschreven in de Bijbel, dat Jezus zegt (Matteüs 22:21 én Markus 12:17 én Lukas 20:25): ‘Geef aan de keizer wat van de keizer is.’ Dat betekent volgens mij voor iedere christen: maak gebruik van je vrijheid en neem je verantwoordelijkheid door te gaan stemmen.

Jezus zegt er nog iets bij: ‘En geef aan God wat God toebehoort.’ Oftewel: stem niet alleen als burger, maar breng juist als christen je stem uit. Laat zien dat onze God het goede zoekt voor heel de samenleving. Dat doe je volgens mij het beste door als christenen op een medechristen te stemmen. Want dan weet je zeker dat straks ook in de provincies en in de Eerste Kamer het geloof in God de belangrijkste motivatiebron is voor het regeren en besturen van ons land.

Natuurlijk kun je ook op een niet-christelijke partij stemmen. Misschien komt die partij wel beter op voor jouw persoonlijke belangen, het belang van bepaalde doelgroepen in de samenleving of heeft zelfs meer aandacht voor een paar bijbelse normen en waarden. Maar zoekt zo’n partij ook de eer van God? Laten de parlementariërs van zo’n partij zich samen motiveren door de Bijbel? Bidden zij om de wijsheid van de Heilige Geest om het goede voor stad en land te zoeken, zoals de HERE in Jeremia 29:7 alle gelovigen opdraagt? Ik geloof dat de politiek in Nederland christenen nodig heeft zoals Daniël. Die ging niet voor het eigen (groeps)belang, maar zocht het goede voor alle burgers én durfde ook voor de eer van God uit en op te komen.

Zeker in de provincies zijn de christelijke partijen een baken van stabiliteit. Van de 11 provincies die een meerpartijen-college hebben, bestuurt het CDA in 10 mee, de ChristenUnie in 7 en de SGP in 3.Vergelijk dat eens met D66, die in de Tweede Kamer groter is (24 zetels) dan deze drie christelijke partijen bij elkaar (CDA 14, CU 5, SGP 3 = samen 22 zetels), maar slechts in 5 provincies meebestuurt. Of met de PvdD (6 zetels) en de SP (9 zetels), die nergens in het provinciebestuur zitten.

Alle reden volgens mij om als christenen niet op een niet-christelijke linkse of rechtse (al dan niet populistische one-issue-)partij te gaan stemmen, maar het geloof op 15 maart een stem te geven in het stemhokje. Er is ook genoeg keus. Christenen kunnen kiezen tussen rechts-conservatief SGP of links-progressief ChristenUnie of meer breed-georiënteerd CDA. Op alle drie partijen kun je veel kritiek hebben. Je kunt vinden dat ze helemaal niet zo christelijk zijn als ze zeggen. Maar als je dat van de één vindt, heb je volgens mij altijd nog twee anderen die ook jouw christelijke stem kunnen krijgen. Want één ding is voor mij wel zeker: Nederland wordt er niet christelijker door als zelfs christenen op seculiere partijen gaan stemmen.

DRAAG BIJ AAN DE BLOEI VAN DE STAD – STEM ALS CHRISTEN OP EEN CHRISTEN

Woensdag 16 maart is de dag van de gemeenteraadsverkiezingen. Wie wil, kan maandag en dinsdag ook al stemmen. Nu heeft niet iedereen iets met de politiek. Toch is het belangrijk dat er in onze tijd mensen zijn als Daniël. Christenen die ervan overtuigd zijn dat God graag wil dat ze zich inzetten voor de bloei van de stad, het dorp en het land waar we in leven. Zulke christenen zijn de stem van hun mede-christenen waard.

Nederland is geen christelijk land, maar wel een land waar we alle vrijheid hebben om als christenen te leven en voor God en Jezus uit te komen. Voor ons geldt hetzelfde als in de tijd van Jeremia, toen de gelovigen in Babel woonden. De oproep die Jeremia namens God moet doen is deze: “Bid voor de stad en zet je in voor haar bloei, want de bloei van de stad is ook jullie bloei.” (Jeremia 29:7)

Hoe kun je als christen bij de gemeenteraadsverkiezingen bijdragen aan de bloei van de stad? Door op een mede-gelovige te stemmen die het goede voor jouw woonplaats zoekt. Dan geef je pas echt stem aan je geloof en doe je, samen met al die andere christenen, wat Jezus graag van zijn volgelingen ziet: dat je het zout in de pap van de samenleving bent en het licht van Gods liefde en goedheid voor alle mensen verspreidt in een maatschappij die steeds donkerder wordt.

Persoonlijk denk ik dat je daarbij het beste op een christelijke partij kunt stemmen als die in jouw gemeente met de verkiezingen meedoet. Natuurlijk kun je ook op een niet-christelijke partij stemmen die zegt jouw persoonlijke belangen of het belang van bepaalde doelgroepen te behartigen. Maar houdt zo’n partij ook rekening met de eer van God? Laat de fractie van een niet-christelijke partij zich motiveren door de Bijbel en bidt men daar samen om kracht en wijsheid van Boven?

Als christenen niet op mede-christenen stemmen, moet je niet klagen dat Nederland steeds onchristelijker wordt.

In Assen zet de ChristenUnie zich al jaren in voor de bloei van onze stad. Dat wordt gewaardeerd: de ChristenUnie is in Assen inmiddels de grootste partij – lijst 1 met vijf zetels = vijf gemotiveerde christenen die samen het goede voor onze stad zoeken. Die aktieve betrokkenheid vind ik erg belangrijk. In onze eigen wijk Peelo zijn we dat als christenen van ‘Het Noorderlicht’ ook. Zelf word ik al jarenlang ‘de dominee van Peelo’ genoemd. Dat voelt als een groot compliment. Als predikant ben ik er niet alleen voor de eigen kerkleden, maar wil ik er zijn voor iedereen.

Lijst 1 – nummer 15

Dit jaar sta ik voor de vierde keer op de ChristenUnie-lijst als één van de lijstduwers. Daarmee hoop ik te laten zien dat kerk en samenleving geen gescheiden circuits zijn. Integendeel: als christenen in Assen zoeken we het goede voor de stad en bijdragen aan de bloei van de stad.

En of ik dan zondags in de kerk voor de ChristenUnie bidt? Nee, dat doe ik niet. Op de preekstoel is partijpolitiek uit de boze. Wel bid ik voor alle christenen die als een Daniël in de plaatselijke politiek aktief zijn. En ik roep ook iedereen op om als christen je geloof een stem te geven door het vakje van één van die Daniëls of Daniëlla’s rood te kleuren. Want als christenen niet meer stemmen op mede-christenen, waar wordt dan in de politiek nog gehoord en getoond dat Gods adviezen goed zijn voor alle mensen en heel de samenleving tot bloei brengt?

Vanaf hier zeg ik wél uit volle overtuiging: geef je stem op 16 maart aan de ChristenUnie. Dat is de partij die er openlijk voor uitkomt in Assen te geloven. Hoe je het ook opvat. Als iedereen zijn steentje bij draagt Daar geef ik op 16 maart graag mijn stem aan. En ik hoop dat velen dat met wij doen. Dan zit er straks weer een handvol (of misschien nog wel eentje meer) heel geschikte én gelovige mensen in de gemeenteraad die zich inzetten voor de bloei van onze prachtige stad Assen.

Dus laat maar schijnen, die lamp van het geloof – ook door als christen je stem uit te brengen bij de gemeenteraadsverkiezingen.

Wie van de drie? Een christelijke stem op CDA, ChristenUnie of SGP

Ongeveer de helft van de regelmatige kerkgangers stemt niet op één van de drie christelijke partijen, kopte het Nederlands Dagblad op 5 maart. Dat vind ik erg jammer, want ik geloof niet dat Nederland er christelijker op wordt als er heel veel christenen op niet-christelijk rechts of niet-christelijk links gaan stemmen. Het tegendeel is eerder het geval. Als je als christen niet christelijk stemt, moet je niet klagen dat Nederland steeds onchristelijker wordt

Niet links, niet rechts, maar christelijk

De eigenheid en dus het goed recht van christelijke partijen vond ik laatst terug in het Nederlands Dagblad. Dat kopte op 6 maart dat kerkgangers zich vaak ‘rechts’ voelen, maar in de praktijk behoorlijk ‘links’ zijn. Want ze zijn rechtser dan gemiddeld op morele thema’s als abortus en euthanasie, homohuwelijk en uitholling van normen en waarden. En ze zijn linkser dan de doorsnee Nederlander als het om economische thema’s en gastvrijheid voor vluchtelingen gaat.

Dat vond ik echt een misser qua typering. Want ethisch gezien is rechts (van PVV t/m VVD) wél voor een heleboel prograssieve standpunten op ethisch gebied. En de aandacht van christenen voor de zwakkeren in de samenleving is niet 1 op 1 te koppelen aan ‘linksig’ gedachtengoed. Kortom: christelijke politiek is een derde weg, niet eens tussen rechts en links, maar eerder in een driehoek. Alle reden volgens mij om als christenen die driehoek niet af te vlakken door zelf op een niet-christelijke linkse of rechtse (al dan niet one-issue-) partij te gaan stemmen.

De christelijke keuze is reuze

Er is ook genoeg keus. Christenen kunnen kiezen tussen rechts-conservatief SGP of links-progressief ChristenUnie of meer breed-georienteerd CDA. Op alle drie partijen kun je veel kritiek hebben. Vooral, dat ze helemaal niet zo christelijk zijn als ze zeggen. Maar als je dat van de één vindt, heb je volgens mij altijd nog twee anderen die ook jouw christelijke stem kunnen krijgen.

Het CDA

Volgens sommigen is het christelijke geluid daar zo erg verwaterd, dat die partij per definitie afvalt voor een overtuigd gelovige. Dat mag je vinden, maar het CDA is wél gebaseerd op normen en waarden die ze grotendeels aan de Bijbel ontleent. Niet het Evangelie zelf, maar het politieke antwoord op de boodschap van het Evangelie bindt de christendemokraten samen, was in 1975 het uitgangspunt bij de start van het CDA.

De ChristenUnie

Volgens veel bevlogen en bewogen christenen heeft de partij maar weinig voor elkaar gekregen als het gaat om milieu, klimaat en niet te vergeten de vluchtelingen. Er mochten immers maar 50 kinderen uit kamp Moria naar Nederland komen. Wat dan vergeten wordt is dit: mede dankzij de ChristenUnie is tijdens deze regeringsperiode wel het kinderpardon in Nederland gerealiseerd. De ChristenUnie is aldoor erg eerlijk geweest over de (on)mogelijkheid om idealen en regeringsverantwoordelijkheid met elkaar te verbinden. De partijen die heel hard roepen dat er veel meer gedaan had kunnen worden aan klimaat en voor vluchtelingen, wilden in 2017 geen regeringsverantwoordelijkheid nemen (PvdD, GL, SP). Dan vind ik het niet van echt principieel stemgedrag getuigen om nu als christen vanwege te weinig resultaat op één van deze niet-christelijke partijen te gaan stemmen. Daar komt nog bij, dat bij alle partijen ter linkerzijde geen enkele bescherming bieden aan het ongeboren leven (30.000 dodelijke slachtoffers per jaar) en de deur voor euthanasie nog wijder open willen zetten voor jongeren en ouderen die hun leven ‘voltooid’ vinden, terwijl de ChristenUnie best veel bereikt heeft in de begeleiding en zorg voor jonge moeders en eenzame ouderen . Wie durft dan nog te beweren dat er bij niet-christelijke partijen vaak meer aandacht is voor christelijke waarden als barmhartigheid en zorg voor de zwakkeren dan bij de ChristenUnie? Dan ben je volgens mij selectief aan het winkelen in dat totaal-pakket. Bovendien beoordeel je dan de ChristenUnie op het resultaat van vier jaar regeren en de niet-regeringspartijen op hun partijprogramma. Ook dat is niet fair.

De SGP

Er is ook een groep christenen die behoorlijk teleurgesteld is in de politiek, omdat die weinig aandacht heeft voor de hardwerkende Nederlander. Ze vinden dat zelfs het rechtse kabinet Rutte III in feite een veel te links en groen beleid voert. Ook dat snap ik wel. Ondernemers en boeren hebben het moeilijk. Misschien wel vooral met het zwalkende overheidsbeleid. Maar is het dan een optie om als christen op de VVD of op FvD te stemmen, of uit protest op de BoerBurgerBeweging? Ik denk dat de SGP dan een veel beter, christelijk alternatief is. Een paar jaar geleden sprak ik met een jonge reformatorische boer die vond dat de SGP wel wat mocht vergroenen. Toch bleef hij op de SGP stemmen en was zelfs actief als partijlid. Want, zei hij: een conservatief christelijk geluid in de politiek waar ik me doorgaans goed in kan vinden is voor mij belangijker dan een partij die exact mijn visie op het boerenbeleid vertolkt. Dat vond ik mooi om te horen. Gelukkig is die keus er in Nederland ook.

Vlak de punt van de driehoek niet af

Nog één ding: de christelijke roots van ons land hebben nog steeds effect op een breder deel van de samenleving dan bij wie zich in Nederland nog christen noemt. Dat klopt, en daar ben ik blij mee. Maar als de meerderheid van de christenen niet bewust christelijk stemt, raakt de politiek en daarmee de samenleving één van de punten van de driehoek kwijt.

Alle reden volgens mij om als christenen niet op een niet-christelijke linkse of rechtse (al dan niet one-issue-) partij te gaan stemmen, maar het geloof op 17 maart een stem te geven in het stemhokje.  

Alle hens aan dek voor de christelijke politiek (zeker in Drenthe!)

“Als je als christen je geloof geen stem geeft, moet je ook niet klagen dat Nederland steeds onchristelijker wordt.” Dat is sinds een paar jaar mijn persoonlijke slogan als het om politieke betrokkenheid gaat.

Woensdag zijn er verkiezingen voor de Provinciale Staten en voor de waterschappen. Meestal is de opkomst aan de lage kant. Dat zou deze keer wel eens anders kunnen zijn.

Per regio zijn er best veel items die spelen. In Drenthe gaat het bijvoorbeeld over windmolens, zonneparken en kleinere aardgasvelden. Andere provincies hebben hun eigen onderwerpen die in de schijnwerpers staan. Al die belangstelling werkt, mag je aannemen, opkomstverhogend.

Daarnaast worden de verkiezingen voor de provincie meer dan vroeger gekaapt door de landelijke politiek. Protestpartijen zoals Denk en Forum voor Democratie doen overal mee, ook al interesseren ze zich amper voor de provinciale politiek  Ze hebben maar één doel en komen daar ook eerlijk voor uit: ze willen op 27 mei 2019 zoveel mogelijk zetels in de Eerste Kamer veroveren. De Eerste Kamer wordt verkozen door de leden van alle Provinciale Staten, dus doet Denk ook mee in Drenthe. Met maar drie personen op de lijst, waarvan er twee uit … Rotterdam komen! Nog bonter maakt Denk het in Friesland. Daar staan slechts twee personen op de lijst, afkomstig uit Rotterdam en Hoofddorp. Ook Forum voor Democratie zet in de noordelijke provincies bekende partijleden uit Amsterdam, Den Haag en Maastricht op de lijst. Het geeft mij te denken dat landelijke partijen de provincies gebruiken als forum voor hun landelijke afbraak-democratie.

Elke christelijke stem telt zeker in Drenthe en Brabant!

ChristenUnie Drenthe 2019Als de opkomst bij deze provinciale verkiezingen waarschijnlijk hoger ligt dan de vorige keer, is het des te belangrijker dat alle christenen wel hun stem uitbrengen. Want een hogere opkomst betekent voor de christelijke partijen het risico om een zetel te verliezen. Zo ging het de afgelopen jaren in Drenthe. De opkomst was hoog in 2003 (56,1%), laag in 2007 (51,1%), hoog in 2011 (58,6%) en weer laag in 2015 (50,9%.

Voor één zetel had je in 2003 5.000 stemmen nodig, in 2007 4.650 stemmen, in 2011 5.400 stemmen en in 2015 4.700 stemmen.

CU SGP BrabantDe ChristenUnie kreeg in 2003 bijna 9.400 stemmen en haalde net 2 zetels. In 2007 kreeg de ChristenUnie ruim 14.400 stemmen en haalde 3 zetels. In 2011 kreeg de ChristenUnie bijna 11.900 stemmen en viel weer terug naar 2 zetels. In 2012 kreeg de ChristenUnie bijna 12.500 stemmen en haalde op het nippertje weer 3 zetels. En in andere provincies zie je als het om de ChristenUnie en de SGP gaat, hetzelfde. In Brabant bijvoorbeeld. Daar blijft het altijd tot het laatste moment spannend of de gezamenlijke CU/SGP-lijst haar ene zetel behoudt of kwijtraakt.

Oftewel: in 2019 is het ‘ALLE HENS AAN DEK’ voor de christelijke politiek.

Stem niet op een kansloze christelijke lijst (in Drenthe en Friesland)

Dan helpt het niet echt wanneer de ene christelijke partij met een kansloze lijst de andere christelijke partij beconcurreert. Dat is in Drenthe al een aantal jaren het geval en gaat in Friesland dit jaar ook gebeuren. In Drenthe doet de SGP al jaren mee bij de Provinciale Staten. Ze kregen in 2015 iets meer dan 1.600 stemmen en maken dus in de verste verte geen kans op een zetel. In het Reformatorisch Dagblad van 12 maart stond: “SGP Drenthe hoopt op verkiezingsmirakel”, maar de lijstaanvoerder geeft in het artikel zelf al aan, dat er in Drenthe te weinig bevindelijke christenen wonen. Hij hoopt daarom dat er deze keer veel niet-christenen op de SGP gaan stemmen. Het lijkt een onmogelijke missie, aldus het RD. Ook in Friesland gaat de SGP dit jaar voor het eerst zelfstandig meedoen. Ook in deze provincie haalde de SGP nooit meer dan 1% van het aantal stemmen, terwijl er voor een zetel in de Provinciale Staten ruim 2,3% nodig is.

Ik vind het heel erg jammer dat de SGP in Drenthe telkens met een kansloze lijst uitkomt. Het doet me denken aan de jaren ’70 van de vorige eeuw. Toen kwam het GPV (de politieke partij van de vrijgemaakt-gereformeerden die later opging in de ChristenUnie) in heel veel plaatsen met kansloze lijsten uit. Uit principe, maar met gevolg dat vaak de ARP (de hervormd-gereformeerde politieke partij die later in het CDA opging) minder zetels kreeg en de VVD of de PvdA meer. Ik ben, als ik terugkijk, niet trots op deze politieke profileringsdrang van de vrijgemaakten.

Volg het voorbeeld van de SGP in Groningen

In Groningen kiest de SGP een andere lijn. Daar draait de SGP volop mee in de steunfractie van de ChristenUnie. Samen staan ze in Groningen sterk met 4 van de 43 zetels en maken ze deel uit van het Gedeputeerde Staten. Ook in Drenthe zit de ChristenUnie in de Gedeputeerde Staten, dankzij de 3 zetels die ze op dit moment heeft. Als straks de SGP weer 0,3 zetel haalt en de ChristenUnie mede dankzij al die verloren SGP-stemmen terugzakt naar 2 zetels + haar plek in het provinciebestuur verliest, is dat mirakels jammer.

Op Facebook en Twitter zegt de Drentse SGP, dat samenwerken erg belangrijk is en dat twee christelijke partijen elkaar kunnen versterken en aanvullen als ze samen 2+1=3 zetels halen. Maar als je al vanaf 1995 nooit meer dan 600 – 1.600 stemmen haalt, moet je ook de moed hebben om te zeggen: laten we stoppen met deze kansloze missie. Helaas doet de SGP in Drenthe dat niet. De reden is wel duidelijk trouwens. Op Facebook deelt de lijstaanvoerder het bericht van de Telegraaf over “Milieufreaks vaak ergste vervuiler” (FB 7 maart jl.) en op Twitter spreekt @SGPDrenthe openlijk uit, dat “de SGP een positief-rechts geluid brengt en de CU overwegend zeer links is.” Daarom willen ze niet, net als in Groningen, in de schaduw van de ChristenUnie staan, maar als “twee volwaardige partijen met elk hun eigen achterban” meedoen aan de verkiezingen in Drenthe (Twitter 13 maart jl.). Hier komt de aap uit de mouw. De bevindelijke SGP’ers uit Zuid-Drenthe voelen zich meer thuis bij CDA en VVD dan bij de ChristenUnie. Dat is niet erg. Christenen mogen verschillend denken over politieke standpunten. Dat is juist het mooie aan onze democratie. Zoals er drie rechtse partijen zijn (VVD, PVV, FvD) en drie linkse partijen (PvdA, GroenLinks en SP), zo heb je ook drie christelijke partijen (CDA, SGP, ChristenUnie). Maar waarom zou je in de provincie Drenthe (en Friesland) de twee andere christelijke partijen stemmen afsnoepen als je zelf geen enkele kans maakt om een zetel te halen? Straks komt in Drenthe en Friesland de laatste restzetel bij een extreem linkse, een ultra rechtse of een pro-Erdogan-partij terecht in plaats van bij het CDA of de ChristenUnie, omdat het te kleine SGP-zusje zich ook zo nodig wil profileren.

Het wordt een spannende verkiezingsdag op 20 maart. Alle hens aan dek voor de christelijke politiek! Als je als christen je geloof geen stem geeft (of een kansloze stem), moet je ook niet klagen dat Nederland steeds onchristelijker wordt.