Wat een geluk dat ik in Nederland woon! – Dankdag 2023

Het gaat goed met Nederland! De mannen zijn jong en vol kracht, de vrouwen zijn mooi en sterk. Alle voorraadkasten en bankrekeningen zijn goed gevuld, vol met voedsel, meer dan genoeg saldo. In de weilanden lopen koeien, schapen en geiten, het zijn er ontelbaar veel. Ze produceren een overvloed aan melk, vlees en wol. In Nederland wordt niemand aangevallen en niemand hoeft te vluchten. Niemand huilt, niemand heeft verdriet. Gelukkig zijn mensen die een goed leven hebben. Ja, de mensen in Nederland zijn meer dan gelukkig! (vrij naar Psalm 144:12-15 BGT)

Wat een geluk dat ik in Nederland woon!

  1. Waar de jeugd nog steeds een toekomst heeft

Op de eerste woensdag van november vieren veel christenen dankdag voor gewas en arbeid. Maar als David na een moeilijke periode God gaat danken voor alle zegeningen, begint hij op een bijzondere manier. Onze meest kostbare gewassen en bouwwerken, dat zijn onze kinderen, onze zonen en dochters. Hen zet David voorop. Want jongeren zijn de toe­komst van de kerk en de toekomst van het land. Daarom vraagt David: laat onze zonen gezond en sterk opgroeien. Lichamelijk én in het geloof. Allebei.

Het gaat bij jongens niet alleen om uitgaan en veel verdienen. God vindt het veel belangrijker wáár je opgroeit. Dicht bij water. In de Bijbel is water bijna altijd het beeld van God en Jezus. Zij zijn de bronnen van levend water. En let dan op wat er bij staat: in hun jeugd met ​liefde​ verzorgd. Hoe bijzonder is dat! Dat je als ouders en als volwassenen zo met je jongeren omgaat, dat geen sprake is van scheefgroei, maar van geestelijke groei, qua karakter en qua geloof. Dat maakt van onze jongens krachti­ge, jonge bomen, jong en vol kracht, van wie je later veel vruchten kunt verwachten. Hoe mooi is dat! Hetzelfde geldt voor onze dochters, zegt David. Hij vraagt God, of ze sierlijk mogen zijn. Lichamelijk én in het geloof. Allebei.

Het gaat bij meiden niet alleen om het uiterlijk en om versierd te worden. God vindt het veel belangrijker dat je je als persoon goed ontwikkelt. Als een hoekzuil van een paleis. In de Bijbel is dat vaak het beeld van Gods huis, zijn tempel, de kerk. Dáár wil God jou als meisje, als jonge vrouw, een speciale plek geven. En let dan op wat er bij staat: zo sierlijk gesneden. Hoe bijzonder is dat! Dat je als ouders en als volwassenen zo met je jongeren omgaat, dat ze innerlijk gevormd worden met een eerlijk, gelovig karakter. Dat maakt van onze meiden een lust voor het oog, ook in het oog van God! Dan word je iemand op wie anderen kunnen bouwen. Hoe mooi is dat!

Als de HERE zulke jongeren geeft, is dat iets om voor te danken. Van alle welvaart is dit toch wel het belangrijkste: dat onze kinderen goed terecht komen, op hun eigen plek en werk, met vrienden en misschien man of vrouw. En, nog belangrijker, dat ook zíj in het geloof God als hun Vader zien en in de voetsporen van Jezus willen gaan. Dat is ook een zegen op de arbeid van ouders, nl. Gods zegen op de geloofsopvoeding. Daarvoor mag je op dankdag de HERE ook hartelijk danken

Wat een geluk dat ik in Nederland woon!

  1. Waar de welvaart nog steeds op peil is

Toch blijft David daar niet bij stil staan. Hij zoekt het goede voor zijn volk, en daarom durft hij God ook om een bloeiende handel en een krachtige eko­nomie te vragen. Niemand in het land mag honger leiden of onder de armoedegrens raken. Vandaar de vraag om goed gevulde schuren en een uitgebreide veestapel. Schapen en geiten waren er vooral voor het vlees en de wol en het leer. Ook de runderen worden genoemd. Er staat ‘onze kudden doorvoed’, maar alle andere vertalingen hebben het over ‘runderen’. Je kunt het ook vertalen met: ‘dat onze runderen zwaarbeladen zijn’, zoals de HSV het doet. Daarmee komt ook de transportsector in beeld, in die tijd het vervoer van allerlei produkten naar de markt of naar de molens of naar de leerlooiers of naar de slachterijen. Die leveren weer aan de bakkers, de schoenmakers en de slagers. Zo komt de hele bevolking aan eten en kleding. Met elkaar leveren we met ons werk en met onze inzet een bijdrage aan de welvaart van het land. Ieder op zijn of haar door God gegeven plek. Soms is het elke dag hetzelfde, soms is het heel afwisselend. Het zijn allemaal kleine beekjes, die sámen één grote bron van welvaart vormen. Maar zie je ook die ene andere bron, waar al die beekjes vandaan komen? Zie je die zegen ook? Dat is Gods goedheid, die zich over het hele land verspreidt.

Wat een geluk dat ik in Nederland woon!

  1. Waar we nog steeds in veiligheid leven

Er is nog iets waar David God hartelijk voor bedankt. Er is vrede in heel het land! Je hoeft niet bang te zijn voor een vijandelijke inval. Je hoeft je niet bang te zijn dat je morgen moet vluchten. Hoe anders is dat in andere gebieden waar het oorlog is – in Oekraine, in Israel en de Palestijnse gebieden. Hoe anders is dat in landen waar  natuurrampen plaatsvinden – aardbevingen en overstromingen.

Maar hier in Nederland? Iedereen mag hier in alle vrijheid leven en z’n mening geven. Bijna iedereen gaat er in 2024 op vooruit. Kijk es om je heen in de wereld en besef hoe gezegend we in vergelijking daarmee zijn! Geen enkele reden voor een weeklacht op de pleinen, zoals David het zegt. 

Wat een geluk dat ik in Nederland woon!

  1. Waar we nog steeds in God mogen geloven

Ondertussen wordt er wat afgemopperd in Nederland. Hoe zou dat nu zo komen? Nou, als David zegt: ‘Gelukkig het volk dat zo mag leven’ – met gezonde kinderen, met een hoog welvaartsniveau en in een vrij en veilig land, dat wil iedereen wel!

Maar als David daar dan aan toevoegt: ‘Gelukkig het volk dat de HERE als God heeft’ – die afsluiter is voor veel mensen eerder een afknapper. Nee, laat dat maar zitten. Een fijn en gezond gezin, een mooi huis, zonder zorgen kunnen genieten – dat maakt veel mensen gelukkig. Maar het geloof in God? Geloven is achterhaald. Geloven is regeltjes. Geloven legt alleen maar beperkingen op. En zelfs als er al een God zou zijn, dan bemoeit Hij Zich niet met die tijdelijke dingen. ‘Daar had Jezus geen verstand van’, zei eens een liberale boer, toen iemand tegen hem zei: ‘Zie je de zegen van God ook?’

Die boer is vast niet de enige. Sterker nog … als christen denk je dat ook wel eens, toch? Zo door de week kost het best wel moeite dat verband te blijven zien tussen Gods zegen en ons werk. Maar als je erover nadenkt, dan zie je als christen toch wel dat bijna iedereen iets heeft om voor te danken? Als kind mooi speelgoed en vrienden op school, als jongere een opleiding en je hobby’s, als volwassene je werk en je gezin, als oudere de aanvullende zorg als je nog zelfstandig woont, in het seniorencomplex of in het verzorgingstehuis.

Onze goede God laat Psalm 144 nog steeds, ook in 2023, in vervulling gaan. Wat welvaart betreft komen de meesten van ons niets veel tekort. Die gewone dingen hebben ook met het geloof te maken. God vindt het niet beneden zijn stand om voor al die dagelijkse behoeften te zorgen. Hij regelt de vrucht­baarheid van koeien, schapen en de velden. Hij geeft paarden hun kracht. Hij vergeet zelfs de mussen op het dak niet.

Laten we niet vergeten onze hemelse Vader voor al die gewone zaken te danken. Want, zegt de Heidelbergse Catechismus in Zondag 45, al die goede dingen zijn van God afkom­stig, en onze inspan­ning, ons werk en zelfs alles wat God ons geeft, is op zichzelf zinloos, omdat we er zonder Gods zegen niets aan hebben.

Veel Nederlanders willen vooral geluk. God wil jou en mij meer geven: zijn zegen. Ook in de gewone dingen. Als je in voorspoed leeft, word je pas gelukkig als je God de eer daarvoor geeft. En alleen als je Jezus hebt, ben je pas echt rijk.

12 Onze zonen zijn als jonge planten, in hun jeugd met ​liefde​ verzorgd, onze dochters als de hoekzuilen van een paleis, zo sierlijk gesneden, 13 onze schuren gevuld, van voorraad en voedsel voorzien, onze schapen en ​geiten, met duizenden, met tienduizenden op onze velden, 14 onze kudden doorvoed, geen inval, geen uittocht, geen weeklacht op onze pleinen. 15 Gelukkig het volk dat zo mag leven, gelukkig het volk dat de HEER als God heeft. Psalm 144 : 12 – 15 (NBV21)

Toch vooral dankbaar voor pro-life besluit in Amerika

In het magistrale nummer “Magnificent” zingt Bono, de leadzanger van U2, over de bedoeling van het leven dat al in de moederschoot begonnen is:

I was born, I was born to sing for You,

I didn’t have a choice but to lift You up

and sing whatever song You wanted me to.

I give you back my voice from the womb,

my first cry, it was a joyful noise.

‘Ik ben geboren om voor U te zingen, ik heb geen andere keus.’ In Amerika had het ongeboren leven in de eerste zes maanden van de zwangerschap ook geen keus. In 1973 sprak het Hooggerechtshof in de zaak ‘Roe vs. Wade’ uit dat het recht op zelfbeschikking voor elke vrouw zo belangrijk was, dat in alle staten abortus moest worden toegestaan tot en met week 24 van de zwangerschap.

Vorige week, op 24 juni 2022, draaide het Hooggerechtshof het besluit uit 1973 terug en sprak uit dat er op federaal niveau geen grondwettelijk recht op abortus bestaat. De individuele staten mogen nu zelf wetgeving m.b.t. abortus maken.

Het zal niemand verbazen dat vooral veel christenen in Amerika blij waren met dit besluit. Volgens Psalm 139 heeft God ieder van ons in de moederschoot op kunstige wijze gemaakt en is ieder mens kostbaar in zijn ogen. Er is daarom in veel kerken gedankt voor dit besluit, omdat in minstens de helft van de Amerikaanse staten het aantal kinderen dat na negen maanden het daglicht mag zien, zal toenemen.

Ik vind dit onthutsend. Het laat volgens mij zien hoe diep het individualistische zelfbeschikkings-denken ook in christelijke kringen is doorgedrongen. En hoe bang men is dat pro-life standpunten automatisch leiden tot inperking van vrouwenrechten.

Ik besef heel goed dat iemands keus vóór abortus altijd een achterliggende reden heeft. Dus ben ik heel voorzichtig met mijn oordeel in persoonlijke situaties. Als je als christen alleen maar hard roept dat je tegen abortus bent en verder niets doet aan zwangerschapspreventie of hulp aan ongewenst zwangere vrouwen, ben je bezig met Prinzipenreiterei.

In Nederland merkte ik onder christenen maar weinig dankbaarheid voor dit besluit dat een betere balans aanbrengt tussen vrouwenrechten en het recht om geboren te worden. Meteen werden allerlei bezwaren opgenoemd. Het was een politiek besluit, genomen door de conservatieve opperrechters die Trump had aangesteld. Het trof vooral de arme, meestal zwarte of hispanic vrouwen in achterstandsgebieden die nu hun toevlucht moesten nemen tot illegale abortussen, terwijl rijkere, meestal witte vrouwen naar California of New York konden reizen om daar wel een legale abortus te ondergaan. Het is een schijnheilig besluit, want alle pro-life-aanhangers in Amerika zijn nog fanatieker pro-wapenbezit. En dit besluit om het recht op abortus in te perken zal tot verdere onderdrukking van vrouwen en het terugdraaien van homorechten leiden. Dus nee, mainstream christelijk Nederland was überhaupt niet blij met deze uitspraak.

Maar wat is er op tegen om daarnaast uit te spreken dat het ongeboren leven meer bescherming verdient dan het nu krijgt? En dat je daarom vanuit christelijk én humaan gezichtspunt voor strengere regelgeving rondom abortus bent, omdat het ongeboren kind in de eerste zes maanden van haar of zijn bestaan met deze liberale wetgeving geen enkele keus heeft wanneer de ongewenst zwangere moeder in alle vrijheid (mag je hopen) voor een abortus kiest? En dat je daarnaast echt werk wilt maken van het voorkomen van ongewenste zwangerschappen in plaats van het te “genezen”. Want “genezen” kan nooit de eerste oplossing zijn, ook als lijkt het op dat moment vaak wel de enige te zijn. Ik heb nog bijna nooit iemand horen zeggen, ook niet in achterstandssituaties: ‘Ik had liever gehad dat mijn moeder mij 30 jaar geleden had laten weghalen’.

Dus verbaast het mij dat zo weinig christenen in Nederland niet als eerste uitspreken dat ze blij zijn dat het leven in de moederschoot in Amerika zich nu iets veiliger kan voelen. Ik ben er wel blij mee. In Amerika was de balans tussen vrouwenrechten en het recht om geboren te worden 100 tegen 0. Daar komt nu in veel staten God zij dank verandering in.

Het voelt alleen wel als een ‘holle overwinning’, zoals de Amerikaanse voorganger Chris Davis op zijn Twitter-account @RevChrisDavis verwoordde. Want hij ziet bij zijn conservatieve  landgenoten maar weinig bereidheid om op andere gebieden óók werk te maken van de beschermwaardigheid van kwetsbare groepen mensen. Dat herken ik. Te gemakkelijk wordt na deze historische uitspraak een punt gezet.  

Maar voor ieder leven extra dat geboren mag worden geldt: ‘Vanuit de buik van mijn moeder geef ik U mijn stem. Mijn eerste schreeuw is een vrolijk geluid.’

Foto’s: Pixabay

Psalm 47 – een lied voor Hemelvaart én Pinksteren

Veel mensen vinden Psalm 47 een mooie psalm. Ik ook. We zingen ‘m vaak op Hemelvaartsdag. Maar het is net zo goed een Pinksterpsalm. In Psalm 47 bezingt David hoe God onder gejuich omhoog steeg. Ja, jubelt hij: God heerst als koning over de volken, God zetelt op zijn heilige troon. Waar heeft David het dan over? Profetisch kijkt hij vooruit naar de Hemelvaart van onze Heer Jezus Christus en naar de uitstorting van de Heilige Geest over heel de aarde.

De aanleiding voor zijn loflied was iets anders: de thuiskomst van de ark van God, die prachtige verbondskist, met goud overtrokken, met twee gouden engelen -de cherubs- er boven op en met de Tien Geboden, de staf van Aäron en een flesje manna erin. Die ark  is het symbool van Gods aanwezigheid en werd door David en de gelovige Israelieten feestelijk Jeruzalem binnengehaald. Lees het in 2 Samuël 6. Vanaf dat moment had het volk vrede. Heerste er rust. Was er bijna 80 jaar lang veiligheid. Want God woonde op de berg Sion én in de harten van de gelovigen.

‘Pinksteren’ van Mahboobeh Salem

De aanleiding voor zijn loflied was iets anders: de thuiskomst van de ark van God, die prachtige verbondskist, met goud overtrokken, met twee gouden engelen -de cherubs- er boven op en met de Tien Geboden, de staf van Aäron en een flesje manna erin. Die ark  is het symbool van Gods aanwezigheid en werd door David en de gelovige Israelieten feestelijk Jeruzalem binnengehaald. Lees het in 2 Samuël 6. Vanaf dat moment had het volk vrede. Heerste er rust. Was er bijna 80 jaar lang veiligheid. Want God woonde op de berg Sion én in de harten van de gelovigen.

In vers 6 van Psalm 47 zingt David: ‘Onder gejuich steeg God omhoog.’ David vindt dat geweldig. Daarom roept hij ons op in vers 7: ‘Zing voor God, zing een lied, zing voor onze Koning, zing Hem een lied!’ Dit is een voorafbeelding van de Hemelvaart van de Heer Jezus. Hij komt thuis en mag weer rechts van God plaatsnemen op zijn heilige troon.

In vers 8 en 9 van Psalm 47 zingt David: ‘God is Koning van heel de aarde, God heerst als Koning over de volken, God zetelt op zijn heilige troon.’ Ook daar is David enorm blij mee. Dus roept David ons weer op in vers 8b: ‘Zing een feestelijk lied!’  Dit is een voorafbeelding van Pinksteren. Want het effekt van de Hemelvaart van Christus is, dat Hij ons niet verlaat, maar Zichzelf op een andere manier teruggeeft. Namelijk door met zijn Geest mensen voor Zich te winnen, die Hem erkennen als hun Redder en die weer graag bij God, hun Vader en Koning, willen horen en bij ‘het volk dat Hij liefheeft’ (vers 5).

En wat doen dan die vorsten van de volken daar in Psalm 47? Dat zijn de groten van de aarde, de regeringsleiders. Ook die worden opgeroepen om in de rij te gaan staan achter Abraham. Die geloofde namelijk God op zijn woord en keek uit naar Jezus Christus, de nakomeling die God hem beloofd had (Galaten 3:16). Zo maakt God zijn belofte waar: ‘Door en in jou zullen alle volken op aarde gezegend worden.’ (Genesis 12:3 / Galaten 3:8).

Wat voor de groten op aarde geldt, geldt bij God voor iedereen, want in de hemel is wie op aarde de kleinste van allemaal was, nog groter, heeft Jezus Zelf eens gezegd.

Alleen, daar zijn we nog niet, in de hemel. Dus mag iedereen die op aarde in Jezus Christus gelooft, of je nu groot of klein bent, een schildwacht van Hem zijn. Opkomen en uitkomen voor zijn Naam. Feestelijk voor Hem paraderen en een erehaag voor Hem vormen.

Want, eindigt Psalm 47: Hoog is Hij verheven!

Psalm 47

1 Voor de koorleider. Van de Korachieten, een psalm.

2 Klap in de handen, o volken, juich God toe met jubelzang:

3 geducht is de HEER, de Allerhoogste, machtige koning van heel de aarde.

4 Volken dwong hij voor ons op de knieën, naties legde hij aan onze voeten.

5 Hij koos voor ons een eigen land, de trots van Jakob, het volk dat hij liefheeft. sela

6 Onder gejuich steeg God omhoog, de HEER steeg op bij hoorngeschal.

7 Zing voor God, zing een lied, zing voor onze koning, zing hem een lied:

8 God is koning van heel de aarde. Zing een feestelijk lied.

9 God heerst als koning over de volken, God zetelt op zijn heilige troon.

10 De vorsten van de volken zijn bijeen in het gevolg van Abrahams God.

Zijn schildwachten zijn ze op aarde. Hoog is hij verheven.

‘Wanneer de angst je in de engte dringt’ – 2

Deze psalmregel uit de berijming van Psalm 50 raakte mij vorige week toen we vanwege de corona-crisis in een lockdown gingen. Ik schreef er een blog over. Mijn geliefde neef uit Duitsland attendeerde mij op het prachtige lied ‘Hey’ van de zanger Andreas Bourani, die in het Duits precies hetzelfde zingt: Wenn die Angst dich in die Enge treibt. Ik vond het een prachtig lied en vroeg een kennis het te vertalen in het Nederlands. Hieronder volgt eerst de link en daarna de tekst (de vertaling kwam tot stand met dank aan Piet de Vries en Werner Gugler).

Wenn das Leben grad zu allem schweigt
Dir noch eine Antwort schuldig bleibt
Dir nichts andres zuzurufen scheint als nein
Es geht vorbei
Wanneer het leven je even niets meer zegt,
jou nog een antwoord schuldig blijft,
jou niets anders toe lijkt te roepen dan een ‘nee’:
Het gaat over.
Wenn der Sinn von allem sich nicht zeigt
Sich tarnt bis zur Unkenntlichkeit
Wenn etwas hilft mit Sicherheit, dann Zeit
Es geht vorbei, es geht vorbei
Wanneer je de zin van alles niet meer weet te ontdekken
omdat die zich onherkenbaar achter een masker schuil houdt:
als iets zeker helpt, dan is het tijd.
Het gaat over, het gaat over.
Hey, sei nicht so hart zu dir selbst
Es ist OK wenn du fällst
Auch wenn alles zerbricht
Geht es weiter für dich
Hé, wees niet zo hard voor jezelf!
Het is oké als je valt;
ook als alles stukloopt,
gaat het verder voor jou.
Hey, sei nicht so hart zu dir selbst
Auch wenn dich gar nichts mehr hält
Du brauchst nur weiter zu gehen
Komm nicht auf Scherben zum Stehen
Hé, wees niet zo hard voor jezelf!
Ook als je helemaal geen houvast meer hebt:
je hoeft alleen maar verder te gaan;
val niet stil op de scherven!
Wenn die Angst dich in die Enge treibt
Es fürs Gegenhalten nicht mehr reicht
Du es einfach grad nicht besser weißt
Dann sei!
Es geht vorbei, es geht vorbei
Als de angst je in de engte drijft,
het je niet meer lukt om je ertegen te verzetten,
je het gewoon even niet meer ziet zitten:
Blijf dan!
Het gaat voorbij, het gaat voorbij.
Wenn jeder Tag dem andern gleicht
Und ein Feuer der Gewohnheit weicht
Wenn lieben grade kämpfen heißt
Dann bleib!
Es geht vorbei, es geht vorbei
Als elke dag op de andere lijkt
En vuur voor de gewoonte wijkt,
als je juist moet vechten om lief te hebben:
Blijf dan!
Het gaat over, het gaat over.
Hey, sei nicht so hart zu dir selbst
Es ist OK wenn du fällst
Auch wenn alles zerbricht
Geht es weiter für dich
Hé, wees niet zo hard voor jezelf!
Het is oké als je valt;
ook als alles stukloopt,
gaat het verder voor jou.
Hey, sei nicht so hart zu dir selbst
Auch wenn dich gar nichts mehr hält
Du brauchst nur weiter zu gehen
Komm nicht auf Scherben zum Stehen
Hé, wees niet zo hard voor jezelf!
Ook als je helemaal geen houvast meer hebt:
je hoeft alleen maar verder te gaan;
val niet stil op de scherven!
Halt nicht fest, lass dich fallen
Halt nicht fest, lass dich fallen
Halt nicht fest, lass dich fallen
Halt nicht fest, halt nicht fest
Hou niet vast, laat je vallen.
Hou niet vast, laat je vallen.
Hou niet vast, laat je vallen.
Hou niet vast, hou niet vast.

‘Wanneer de angst je in de engte dringt’

Aan die regel uit Psalm 50 moest ik denken toen op dinsdagavond 13 oktober de regering een behoorlijke lock-down afkondigde voor minstens 14 dagen en waarschijnlijk een hele maand.

Afgezien van de vraag of de maatregelen te slap, te streng, te willekeurig of überhaupt terecht zijn, iedereen vraagt zich af: waar gaat het naartoe met het virus en met de krachten die zich in de samenleving laten zien? Als christen heb ik niet het antwoord. Corona en alles erom heen dringt ook ons, of we willen of niet, in de engte. Sommigen worden daar heel erg angstig. Anderen af en toe.

Wat ik als christen wel weet is, dat er nog iets meer in Psalm 50 staat. Namelijk dit:

14 Breng God een dankoffer en doe wat je de Allerhoogste belooft.

15 Roep Mij te hulp in tijden van nood, Ik zal je redden, en je zult Mij eren.

23 Wie een dankoffer brengt, geeft Mij alle eer, wie zo zijn weg gaat, zal zien dat God redt.’

Breng God een dankoffer en laat het niet alleen bij woorden blijven, maar doe het ook! Als je dat in goede tijden doet, weet je God ook te vinden in moeilijke tijden of, zoals andere vertalingen zeggen:, ‘in de dag van de benauwdheid’.

Sterker nog: zelfs als je midden in zo’n spannende tijd zit, roept God je op om Hem dankbaar te blijven vereren. Alleen zo zul je zijn hulp ervaren en merken dat Hij een God is die redt.

Ergens anders in de Bijbel staat zelfs: ‘Ik zal jouw redding zijn.’  God brengt niet alleen redding. Hij is mijn redding. Jezus –God Zelf- is mijn Redder!

Hij redt mij niet alleen van mijn zondeschuld. Hij redt mij ook van mijzelf. Van al mijn gedachten waardoor ik het in deze crisis benauwd en te kwaad krijg. Dan kan ik zelfs in deze heftige periode waar we met elkaar doorheen moeten, God nog steeds danken voor wat Hij allemaal nog wel geeft. Zo krijgt Hij ook vandaag nog alle eer. En je zult, de ene keer sterker dan de andere keer, de vrede van God ervaren. Omdat je ziet en merkt: Hij is erbij en helpt ons er door heen.

Offer God lof, bied Hem je dankbaarheid,

voldoe aan je geloften, Hem gewijd.

Dan zul je, als het onheil je omringt,

wanneer de angst je in de engte dringt,

Mij roepen en Ik zal het al doen keren.

Ik geef je ruimte en jij zult Mij eren.

Zo spreekt de Heer: al wie in dankbaarheid

aan Mij het offer van zijn leven wijdt,

houdt Mij in eer en heeft mijn wil verstaan.

Hij baant de weg, waarlangs mijn heil kan gaan.

Hij zal het zien, hij zal het zelf ervaren:

Ik zal mijn vrede aan hem openbaren.

Psalm 50 vers 7 + 11

Een vertrouwd en veilig huis in bange tijden (Psalm 4)

Op 7 oktober 2020 ging ik voor de laatste keer voor in de Middag-Pauze-Dienst die elke woensdagmiddag in de Bethelkerk in Assen gehouden wordt. In iets meer dan 14 jaar mocht ik er zo’n 90 keer voorgaan. In deze dienst (met zo’n 25 aanwezigen en zonder samenzang) stond Psalm 4 centraal.

Waar ben jij het meeste bang voor in deze coronacrisis? Het kan van alles zijn. Je kunt bang zijn voor de ziekte zelf. Zeker als je tot de risico-groep hoort. Vanwege je leeftijd. Of vanwege je broze gezondheid. Je kunt bang zijn voor de eenzaamheid. Stel je voor dat je nog een half jaar je kinderen en kleinkinderen niet mag ontmoeten. Je kunt bang zijn voor de gevolgen van de coronacrisis. Je baan staat op de tocht. Je bedrijf raakt in zwaar weer. Je huwelijk staat onder druk. Redden je kinderen het wel?

‘Waar moeten we het zoeken? Wie biedt ons perspektief?’ Die vraag uit Psalm 4 is in onze tijd super aktueel. De wanhoop klinkt er in door. Daarom vind ik de berijmde versie uit het Gereformeerd Kerkboek ook zo prachtig: Ik hoor hoe velen angstig vragen: ‘Wie zal het goede ons doen zien?’ Ook de Nieuwe Psalmberijming brengt het heel kernachtig onder woorden: ‘Wie geeft ons toekomst?’ vragen velen. De angst knijpt onze kelen dicht.’ Zo levensecht, de psalmen. Zo konkreet voor alle tijden, ook voor ons. Een liedboek voor Gods volk alle eeuwen door. En telkens, in alle omstandigheden, wijst het ons ook de weg naar God.

De aanleiding voor deze woorden is heel konkreet. David moest vluchten. Zijn zoon Absalom, de populaire, populistische kroonprins, heeft een staatsgreep gepleegd. David is de Jordaan overgestoken, met een klein groepje getrouwen en een aantal soldaten. Die hebben de kant van David hebben, maar ze vrezen het ergste. Ze weten dat Absalom met zijn tien keer zo grote leger ook de Jordaan zal oversteken.  Dat maakt hen moedeloos. Ze vragen zich wanhopig af: ‘Hoe komt dit ooit nog goed?’ Tsja, wat moet David zeggen om zijn mannen weer moed in spreken?

En vandaag … ja, je kunt wel, net als de regering en de supermarkten wel blijven roepen: ‘Samen krijgen we het coronavirus eronder.’ Maar hoe dan?

Weet je hoe David op die wanhopige vraag reageert? Met een gebed! In de nood leert David zijn soldaten, maar ook ons in 2020 bidden! ‘HEER, laat het licht van uw gelaat over ons schijnen!’ Een gebed! David. Hij weet dat hij er slecht voor staat. Naar de mens gesproken is hij koning-af en grijpt Absalom de macht.

En wij … volgens alle deskundigen zijn we er nog lang niet. We staan nog maar aan het begin van de tweede golf. We hebben nog geen flauw idee hoe het ‘nieuwe normaal’ er uit zal zien.

Hoe reageer je dan? Nou, neem een voorbeeld aan David! Hij zoekt niet als eerste naar oplossingen. Hij zoekt als eerst God op. Het geloof ziet altijd in God nog een weg van redding en uitkomst. Dat moeten Davids adviseurs en zijn soldaten weer leren. Dat is wat wij, wat heel Nederland vandaag  nodig heeft. Leren vertrouwen op God. Niet dat de omstandigheden dan ineens veranderen. Maar je krijgt er een ander zicht op als gelooft dat God boven jouw angsten staat. Als je in moeilijke omstandigheden toch gelooft dat God bij je is, zet dat de situatie waarin je verkeert, in een ander licht. Het licht van Gods aangezicht.

Hoe belangrijk is dit advies vandaag voor ons allemaal. Misschien slaap je wel slecht vanwege alle corona-zorgen. Stapelen de problemen zich op. Pieker je je suf.  Hoe zal het de komende tijd gaan? Maar hoe vaak klop je bij God aan? Als ik naar mezelf kijk: dat vergeet ik nogal eens om als eerste te doen. En toch is dat wat je als kind van God mag doen. Want, zegt Asaf, een andere dichter, in Psalm 50: Dan zul je, als het onheil je omringt, wanneer de angst je in de engte dringt, Mij roepen en Ik zal het al doen keren. Ik geef je ruimte en jij zult Mij  eren. Je mag naar je hemels Vader gaan. En naar je Heer, Jezus Christus. In Hem vindt mijn hart meer vreugde dan in het  aardse geluk van een overvloed aan koren en wijn, zegt David.

Voor veel mensen bestaat het goede uit de dingen die je hier op aarde kunt bereiken. Meer koren en wijn – een goed inkomen. Vooral gezond blijven – ook al komt de ouderdom met gebreken. Dat is ook niet verkeerd. Maar als dat het enige is, dan word je alleen maar bezorgder. Dan loop je steeds achter de dingen aan. Met stress en spanning in het lijf. Tot op een dag het beklemmende gevoel je overvalt: waar heb ik het allemaal eigenlijk voor gedaan? Tot we er als mensheid keihard mee geconfronteerd worden, dat we met onze medische techniek en wetenschap alles helemaal niet zo vast in onze hand hebben als we altijd dachten.

Dus die vraag van Psalm 4 is zo gek nog niet. Zeker niet in angstige tijden. ‘Waar zoek ik mijn geluk? Wat geeft mij zekerheid?’ Als je het antwoord van David maar kent! Bij God zoek ik mijn geluk. In Hem vindt mijn hart zijn zekerheid. Het licht van zijn vriendelijk gezicht maakt mij blij en geeft mij vrede en rust. Want Jezus is het Licht van Gods aangezicht. Je kent de verhalen over de Here Jezus toch wel? Hij is de Goede Herder! Hij zorgt voor al zijn schapen. Hij heeft zijn leven er zelfs voor overgehad.  Jezus die zorgt en die zonden vergeeft – zo is Hij vandaag nog steeds. Ook voor jou en mij. Want Hij is opgestaan en leeft! In eeuwigheid én in het hart van al Gods kinderen.

In mijn eerste gemeente kwam ik regelmatig bij een weduwe van in de tachtig op bezoek. Ze was altijd bezorgd en zenuwachtig. Maar weet je wat ze altijd tegen mij zei? ‘Als ik naar bed ga, dominee, kan ik altijd lekker slapen. Want ik weet, dat er altijd Eén is die voor me zorgt.’ Voor haar begon de nieuwe dag weer met nieuwe zorgen. Dan vloog het haar weer aan. Maar als ze naar bed ging, dacht ze vaak aan Psalm 4, in de oude vertaling: In vrede kan ik mij te ruste begeven en aanstonds inslapen, want Gij alleen, HERE, doet mij veilig wonen.

Zo beleeft een christen dat niet altijd. Hoe kom je dan toch aan die rust en dat vertrouwen?  Wat is het geheim? Augustinus heeft het eens heel mooi gezegd: “Onrustig is ons hart, totdat het rust vindt bij God.” Want als je met je zorgen naar de HERE gaat, dan luistert Hij. En Hij vindt het niet erg, als je steeds weer bij Hem komt. Als je maar komt! Als je Hem maar opzoekt. Als je dat vaak doet, wordt dat een levenshouding. De levenshouding van een gelovige. Het geheim daarvan is een Persoon: Jezus. Hij is de beste remedie tegen angst en zorgen. Zorgen over het leven nu. Zorgen over het leven na dit leven. Want Hij is er altijd bij. Bij Hem mag ik schuilen. Bij Hem voel ik mij veilig, voel ik mij vertrouwd en voel ik mij thuis.

Psalm 4

1 Voor de koorleider. Bij snarenspel. Een psalm van David.

2 Antwoord mij als ik roep, God die mij recht doet. Geef mij ruimte als ik belaagd word, wees genadig, hoor mijn gebed.

3 Machtigen, hoe lang nog maakt u mij te schande, is de schijn u lief, de leugen uw leidraad? sela

4 De HEER schenkt zijn gunst aan wie Hem trouw is, de HEER luistert als ik tot Hem roep.

5 Beef voor Hem en zondig niet, bezin u in de nacht en zwijg. sela

6 Breng de juiste offers, heb vertrouwen in de HEER.

7 Velen zeggen: ‘Wie maakt ons gelukkig?’ – HEER, laat het licht van uw gelaat over ons schijnen.

8 In U vindt mijn hart meer vreugde dan zij in hun koren en wijn.

9 In vrede leg ik mij neer en meteen slaap ik in, want U, HEER, laat mij wonen in een vertrouwd en veilig huis.

Een vaste burcht is onze God – Psalm 46

Maarten Luther zong graag Psalm 46 als hij het moeilijk had. Wij maken ook moeilijke tijden door. Psalm 46 is een lied vol geloofsvertrouwen: zingend in de nacht in en zingend de nacht door. Want God laat, ook al weet ik niet precies hoe en waarom, ook vandaag zijn donderstem klinken – en heel de aarde siddert (Psalm 46 vers 7b). Maar tegelijk is God de Heer van de hemelse machten die alles ook in de hand heeft. Hij is, dankzij Jezus Christus, onze Immanuel – God met ons (Psalm 46 vers 8 + 12).

Over deze Psalm gaat mijn tweede online-preek, deze keer opgenomen in ons kerkgebouw ‘Het Noorderlicht’  in Assen-Peelo en met beeldmateriaal van, hoe kan het ook anders, natuurfotograaf Karla Leeftink. Vergeet niet om na preek + gebed + zegen ook de beide liederen (‘Geen Angst’ & ‘Schuilplaats’ ) te beluisteren.

 

 

De Heer regeert – geef Mij je angst – Psalm 107

Hieronder vind je de tekst van de videopreek van zondag 22 maart.

Door God geliefde mensen, mijn broer en zus in Jezus Christus,

Het corona-virus houdt de wereld in zijn greep. Ook in Nederland regeert de angst. Angst om besmet te worden en om aan dit virus te sterven. Dat geldt niet alleen voor de ouderen in onze samenleving. Maar ook voor wie heel kwetsbaar is vanwege ziekte of de nawerking van chemokuren of bestralingen. Angst om gebrek aan voedsel, en dus hamstert men de hele koelkast, diepvries, inloopkast en niet te vergeten het medicijnenkoffertje vol. Angst voor een ekonomische crisis, nu steeds meer winkels en bedrijven de deuren sluiten. Wat betekent dat voor mijn bedrijf? Wat betekent dat voor mijn baan?

Die angst is er echt. En die angst is terecht. Ook als christen ken ik die angst. Psalm 25 spreekt ervan: Mijn hart is vol van angst, bevrijd mij uit mijn benauwdheid. God, verlos Israël, verlos het van al zijn angsten. Ook Psalm 107 spreekt ervan. Die psalm raakte mij de afgelopen dagen.

In Psalm 107 staan twee gevoelens centraal. Allereerst de trouw van de HERE God. Daar begint deze psalm mee: Loof de HEER, want Hij is goed, eeuwig duurt zijn trouw. En daar eindigt deze psalm mee: Wie wijs is kent de trouw van de HEER.

Maar daar tussen in gaat het in Psalm 107 heel vaak over angst. Angst is een wurgslang. Het grijpt mensen bij de keel. En zoals ik al zei: die angst is er vandaag echt. En die angst is terecht. Psalm 107 zegt daarover: mensen zijn wereldwijd in de greep van de angst, uit alle landen, uit het oosten en het westen, uit het noorden en het zuiden. Vind je dat niet vreselijk aktueel? Een wereldwijde angst?

De dichter van Psalm 107 noemt vier verschillende situaties, waarin de angst mensen in de greep heeft. En vier keer klinkt dan het refrein: “Zij riepen in hun angst tot de HERE en Hij redde hen uit vele gevaren.” 

Eén ervan lijkt heel erg op de situatie van vandaag. Het gaat dan over schepen die de zeeën bevaren om handel te drijven met verre landen. Dat is een beeld dat goed past bij onze moderne samenleving. Ekonomie en welvaart, dat zijn de peilers waarop zij vandaag onze zekerheid en onze gezondheid bouwen.

Maar dan … zegt Psalm 107: Op Gods bevel ging het stormen, hoog verhieven zich de golven. Schepen werden opgetild tot de hemel en vielen weer neer in de diepte. Iedereen verging van ellende. Ze zwaaiden op hun benen alsof ze dronken waren. Ze waren ten einde raad.

Dat zijn pittige uitspraken. Als een storm raast het corona-virus over de wereld. Het raakt iedereen, of je nu besmet bent of niet. Is dat corona-virus door God de wereld ingestuurd? En als dat zo is, is het dan een straf van God? Of is het een teken van de eindtijd – een signaal dat Jezus binnenkort terugkomt? Ik geloof daar persoonlijk niet zo in. Ik zie het eerder als een wake-up-call. God roept ons mensen en ieder van ons persoonlijk weer bij de les.

Hoeveel mensen leven in onze tijd niet aan God voorbij? Hoeveel mensen vertrouwen op andere dingen dan op God? Hoeveel mensen zoeken hun zekerheid niet bij God, maar bij de wetenschap? En dan plotseling … waait er een virus uit China over heel de wereld. En meteen is het zelfvertrouwen weg. De angst regeert.

Wat doe je dan? In Psalm 107 staat: Zij riepen in hun angst tot de HERE – en Hij redde hen uit vele gevaren. Hij bracht de storm tot zwijgen, de golven gingen liggen. Groot was hun blijdschap, dat de zee tot rust kwam. De HEER bracht hen naar een veilige haven.

In het Nieuwe Testament laat Jezus weten, dat Hij in de storm erbij is. Zelfs als Hij slaapt, heeft Hij alles maximaal onder controle. En als Hij afwezig lijkt, komt Hij op het cruciale moment toch aanlopen.

Is dat een zekerheid die we in de hand hebben? Nee, tenminste, ik ervaar dat lang niet altijd zo. Maar ik geloof wel, dat als je Jezus kent en op God vertrouwt, je anders met je angst omgaat. Jezus zegt zelf ergens: ‘Wees niet bezorgd zoals andere mensen, die niet geloven dat God voor je zorgt.’ En Paulus zegt ergens: ‘Wees niet verdrietig zoals andere mensen die geen hoop hebben.’ Dat zeggen ze allebei niet voor niets. Je mag als christen wél bezorgd zijn. Je mag als christen wél verdriet hebben. De angst slaat je, ook als christen, wél om het hart nu we midden in deze corona-crisis zitten.

De vraag is: waar ga je naar toe met je angst? Ga maar naar Jezus met je angst. Hij geef je er hoop voor terug. Laat dus niet de angst regeren, maar weet: ‘De Heer regeert, zijn koninkrijk staat vast.’ Dat Evangelie geeft houvast in bange tijden.

Wie wijs is, zegt Psalm 107, neemt dit ter harte en kent de trouw van de HEER. Die trouw is beter dan het leven, zingen we met een andere Psalm. En dus zingen Gods kinderen zelfs in bange tijden: Loof de HEER, want Hij is goed, eeuwig duurt zijn trouw. Zo spreken zij die door de HEER verlost zijn, die Hij verloste uit de greep van de angst.

De ene keer kan ik mij daar gemakkelijk aan overgeven. De andere keer gaat dat stukken moeilijker. Dat zal bij jou niet anders zijn. Een bekend kinderlied zegt dan: Je hoeft niet bang te zijn, al gaat de storm te keer. Leg maar gewoon je hand in die van onze Heer. En ook als je wél bang bent – want die angst is er echt, ook bij jou en mij … je hand in die van de Heer leggen … dat kun je doen door zelf te bidden. Dat kunnen we ook doen door samen te bidden. In deze spannende tijd is er een speciaal ‘corona’-gebed opgesteld.

Here Jezus, U reisde door steden en dorpen en “genas elke kwaal en ziekte”. Op uw bevel werden de zieken genezen.

Kom ons nu te hulp, midden in de wereldwijde verspreiding van het coronavirus, opdat we de helende liefde van U mogen ervaren.

Genees degenen die ziek zijn van het virus. Mogen ze hun kracht en gezondheid herwinnen door kwalitatieve, goede medische zorg.

Genees ons van onze angst, die de naties en landen verhindert samen te werken en buren verhindert elkaar te helpen.

 Genees ons van onze trots, die ons onze eigen onkwetsbaarheid laat claimen voor een ziekte die geen grenzen kent.

Here Jezus, genezer van allen, blijf bij ons in deze tijd van onzekerheid en verdriet.

Wees bij de families van degenen die ziek zijn of zijn gestorven. En als ze zich zorgen maken en rouwen, bescherm hen voor de ziekte en de wanhoop. Mogen ze uw vrede kennen.

 Wees bij de artsen, verpleegkundigen, onderzoekers en alle medische professionals die willen genezen, getroffenen helpen en zichzelf in een risicovolle positie plaatsen. Mogen zij uw bescherming en vrede kennen.

Wees bij de leiders van alle naties. Geef hen een vooruitziende blik om naar liefde en waarheid te handelen voor het welzijn van alle mensen voor wie ze dienen te zorgen. Geef ze de wijsheid om te investeren in lange-termijn-oplossingen die helpen ons voor te bereiden of toekomstige uitbraken voorkomen. Mogen zij uw vrede kennen, terwijl zij samenwerken om dit op aarde te bereiken.

Of we nu in binnen- of buitenland zijn, omringd door veel mensen die aan deze ziekte lijden of slechts enkelen, Here Jezus, blijf bij ons wanneer wij verdragen en rouwen, volharden en voorbereiden. In plaats van onze angst, geef ons uw vrede. Here Jezus, genees ons. Amen

Als laatste bemoediging, na deze overdenking en na dit gebed, wil ik jullie een lied meegegeven. Want als het echt waar is, dat je midden in de storm gewoon je hand in die van Jezus, onze Heer, mag leggen, weet je ook: Ik val niet uit zijn hand. Mijn wens is, dat in al je angsten en zorgen dit lied je vertrouwen op God en Jezus weer doet toenemen.

Ga met God, en Hij zal met je zijn!

Op weg naar Pasen – Jezus liep de weg naar volledige verzoening

Psalm Pasen TourTot aan Pasen trekt The Psalm Project heel Nederland door met hun Psalm Pasen Tour. Op 17 maart traden ze bij ons in ‘Het Noorderlicht’ op.  Voor veel aanwezigen was het een bemoedigende dienst. Vanaf het moment dat onze Heer Jezus Christus Lazarus levend uit het graf liet komen begon voor Hem de lijdensweg naar het kruis. Maar Hij overwon en stond Zelf ook weer op, als eerste in onsterfelijkheid. God heeft zijn offer voor onze zondige levens aanvaard! Dat evangelie werd verteld en telkens afgewisseld met oude bekende psalmen in een nieuw, toch herkenbaar melodisch jasje en met eigentijdse berijmingen en bewerkingen, zoals ‘Groen is het land’ (Psalm 23 – https://www.youtube.com/watch?v=SCjw2Tay_e4).

Het heeft mij weer doen beseffen dat Christus voor mij en ons ‘heel de weg gelopen heeft’ (om het niet met een psalm, maar met een lied van Sela te zeggen). De weg van de verzoening. Volledige verzoening zelfs.

#1#  Verzoening met God – we zijn vooral Hem zo vaak kwijtgeraakt in ons leven of schuiven Hem achteloos aan de kant.

#2#  Verzoening met elkaar – we leven zo gemakkelijk langs elkaar heen of gunnen elkaar het licht in de ogen niet.

#3#  Verzoening met de schepping – de aarde waarvan God zei dat Hij haar na zes dagen hard werken perfekt gemaakt had, zucht met name de laatste 100 jaar onder de uitbuiting van ons mensen.

#4#  Verzoening met jezelf – zoveel mensen die onzeker zijn over zichzelf, want bij wie kun je echt jezelf zijn als je weet dat je niet perfekt bent?

‘Zonder geloof vaart niemand wel’ is een oude uitdrukking. Zonder geloof houdt niemand de goede richting in het leven vast, betekent dat. Zonder geloof in Jezus blijven mensen onzeker of het wel goed komt met God, met elkaar, met de schepping en met henzelf.

Op weg naar Pasen is het goed om daar opnieuw bewust bij stil te staan.

De tulp van Dordt

De afgelopen maanden heb ik in de middagdiensten over de Dordtse Leerregels gepreekt. De rode draad in dat derde Formulier van Eenheid is: ‘Alles aan mijn verlossing is voor 100% Gods werk! En daar ben ik Hem eeuwig dankbaar voor!’ Voor veel mensen zijn de Dordtse Leerregels een struikelblok. Wat moeten we met al die stellige uitspraken over ‘de vrije wil’ en ‘de uitverkiezing’? Maar ik ben er de afgelopen tijd weer achter gekomen dat de Dordtse Leerregels vooral bedoeld zijn als een principieel kader om mensen pastoraal op weg te helpen en te houden. Op de weg van Pasen – de weg van de volledige verzoening door Jezus Christus alleen.

Dan blijven er wel vragen over. Bijvoorbeeld: voor wie heeft Jezus zijn leven gegeven? De strengste calvinisten zijn helemaal overtuigd van de TULIP-gedachte. Dat is de Engelse samenvatting van de gereformeerde leer over de uitverkiezing.

Tulip calvinismeT = Wij zijn 100% zondig in Gods ogen.

U = Er zijn geen voorwaarden waaraan mensen moeten voldoen om door God uitgekozen te worden

L = Jezus gaf zijn leven alleen voor wie in Hem gelooft.

I = Als God mensen uitkiest, kunnen ze die genade niet weerstaan.

P = Als God mensen uitkiest, raken ze hun geloof nooit meer kwijt.

Vijf punten die niet op veel sympathie kunnen rekenen bij de buitenwacht. Veel te pessimistisch over de zonde, veel te weinig ruimte voor onze eigen vrije wil, zeggen veel mensen. Toch is het, naar mijn mening, de waarheid die God en Jezus ons in de Bijbel leren.

Op één punt na. Dat is de L van ‘beperkte verzoening’. Daarover verschillen ook bijbels-gereformeerde christenen met elkaar van mening. Johannes zegt dat Christus niet alleen verzoening brengt voor onze zonden, maar voor die van de hele wereld (1 Joh. 2:2). Paulus roept zonder onderscheid iedereen op om zich met God te laten verzoenen, want is God die door Christus de wereld met Zichzelf verzoend heeft (2 Kor. 5:18-21). Want God wil dat alle mensen gered worden en de waarheid leren kennen (1 Tim. 2:4).

Door van ‘beperkte verzoening’ te spreken, wek je de indruk alsof God een bepaald getal in zijn hoofd heeft. Hij heeft een vast en groot aantal mensen in Christus tot het heil uitgekozen (D.L. I,7), maar uiteindelijk geldt: vol = vol.

Die opvatting is bijbels gezien onjuist. Gods liefde voor de wereld is juist onbeperkt. Anders zou Jezus voor ons de weg naar het kruis niet gegaan zijn. Toch worden, volgens de Bijbel, niet alle mensen gered. Er is geen sprake van een ‘al-verzoening’. Mensen die bewust God hun leven lang afwijzen, worden door de HERE volledig serieus genomen. Wat dat betreft is er dus wel sprake van een ‘beperkte verzoening’. Alleen wie Jezus aanvaardt als Redder en Heer laat zich volledig met God verzoenen.

Maar in de Dordtse Leerregels gaat het over iets anders. Het is een subtiel onderscheid, maar wel belangrijk. Wat de Dordtse Leerregels afwijzen is de ’algemene verzoening’. En dan in de betekenis: Jezus brengt aan het kruis van Golgota het offer van zijn leven en daar kan iedereen die het wil nu gebruik van maken. Dat klinkt mooi, maar snap je wat hier gebeurt? Het accent verschuift van Gods keus voor mij naar mijn keus voor God. Uiteindelijk bepaal ik of ik gebruik maak van een algemeen aanbod van Jezus. Daarmee wordt op een subtiele manier God toch weer afhankelijk van mijn gelovige of ongelovige reaktie.

Die move wijzen de Dordtse Leerregels af. Tegenover ‘algemene verzoening’ leggen ze de nadruk op ‘partikuliere verzoening’. Het gaat niet om de theoretische vraag of er een limiet zit op het aantal mensen dat gered wordt. Het gaat Jezus erom dat Hij mensen persóónlijk komt redden. Dat benadrukt Paulus als hij schrijft: ‘Christus leeft in mij. Mijn leven hier op aarde leef ik in het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en Zich voor mij heeft prijsgegeven (Gal. 2:20).

Vol verwondering nadenken over verzoening

Kruis na PasenIk begon met de Psalm-Pasen-Tour van The Psalm Project. En eindig met ‘al-verzoening’ / ‘beperkte verzoening’ / ‘algemene verzoening’ / ‘partikuliere verzoening’. Op weg naar Pasen kun je zingen over Jezus die de weg naar de volledige verzoening voor mij gelopen heeft. Op weg naar Pasen kun je nadenken over Jezus die de weg naar de volledige verzoening voor mij gelopen heeft. Met allebei is niets mis. Integendeel! Geloven doe je immers met heel je verstand en met heel je hart!

Als ik maar dicht bij mezelf blijf in de verwondering over Gods liefde voor mij als zijn kind, voor ons als gelovigen samen en voor alle mensen in zijn wereld. Dat is de enige manier waarop ik persoonlijk en wij als christenen samen geloofwaardig anderen kunnen laten zien en op te roepen hoe geweldig het is om volledig met God verzoend te zijn dankzij Jezus Christus, mijn Redder en Heer.